Cler. Luik, A. 1530 (1530-1531) Den Bosch Dirck van Bylant, Bijlant, was een zoon van Dirck van Bylant die waarschijnlijk een natuurlijke zoon was van Dirck van Bylant en van Aleyt, dochter van Gerit Nellen. Zijn grootvader kwam vermoedelijk kort vóór 1484 op geweldadige wijze om het leven want op 29 januari van dat jaar droeg Claes Pels namens Jan Jans van Bladel aan Jan Willems en Dirck, zoon van wijlen Gielis Colve, een deel van het zoengeld over dat Van Bladel hen verschuldigd was wegens de dood van quondam Theodericus Bylken alias de Bylant. De notaris Dirck van Bylant wordt van 1528 tot 1531 vermeld als scrijver inde camer of clerck inden scrijffcamer, in welke hoedanigheid hij door de stad en andere instellingen per opdracht werd betaald. Hij reisde voor zijn werk onder meer naar Brussel. In 1531/32 ontving hij voor het inventariseren van stukken die werden bewaard op het blokhuis van Lith 125 stuivers en in 1530 ingrosseerde hij een notariële akte van Dirck die Wolff waarvoor hij 4 stuivers en 1 oort kreeg uitbetaald. 1) In datzelfde jaar stelde hij zelf als notaris twee akten op. Op 5 juni 1530 was hij als zodanig aanwezig toen Danel Henricxss de schoenlapper zijn testament maakte. Deze liet afgezien van enkele andere legaten al zijn roerende en onroerende goederen na aan de Tafel van de H.Geest en aan het Groot Gasthuis. Cuperinus schrijft over dit testament: "In dit iaer [1530] in iunio is gestorven een genaempt Daniel die schoenlepper, wonende in die Oude Gasthuys straet; ende is uit synen huysken hem toebehoorende geleyt, haestelyck sieck wesende, inden Grooten Gasthuys ende daer gestorven, maekende dat huysken ende alle synen huysraet te weten den Heiligen Geest ende den Grooten Gashuys om Gods wil. Alsoo syn inden selven huysken gehaelt 10 of 12 wagens ouwer schoenen ende leersen wel gelaeden mit 2 paerden, ende inden Grooten Gasthuys gevuert om te weren. Welke schoenen vercoft syn, geldende meer dan darthien hondert Carolusgulden." De tweede akte die Dirck opstelde dateert van 24 augustus 1530 en betreft de overdracht van de helft van het vermelde huisje door de meester van de Tafel van de H.Geest aan de meester van het Groot Gasthuis. In tegenstelling tot de vorige akte vermeldt Dirck in deze akte ook de naam van zijn vader. Dirck van Bylant zal omstreeks 1532 zijn gestorven. 2)
|
Noten | |
1. | GAH, RA 1253, fo.210r (29 jan.1484), RA 1264, fo.140v (4 febr.1495), RA 1312, fo.264r (16 sept.1530), RA 1313, fo.197r-v (28 mrt.1531), RA 1314, fo.333r (2 sept.1531); OLVB 52, band 10bis, fo.407r (1530/31); GAH, OA B34 (1527/28), B35 (1528/29), B37 (1530/31), B38 (1531/32); Vgl. Bijlage II 420.15; Oosterbosch, "Het openbare notariaat in Antwerpen", II 114 nr.89 (Jacobus Bylant, notaris 1520-1529). |
2. | Bijlage II 49.1 (in dorso: "Danels die scoenleppers testament ..."), 49.2; Hermans, Verzameling, 103. |